Moederwacht

toen ik van bij den beenhouwer kwam
het vlees zo vies, ze pakte het aan
en smeet het hard tegen de deur, het plakte eraan

die keer dat ze patatten afgoot op de koer
een paar rolden het putje in, ze vloekte luider dan een...
dat is mijn moeder

elke keer als mijn vader haar lieke speelde op zijn accordeon
welden tranen op en kon het dat ze dagen zong: J’attendrai...
toujours ga ik met jou mee, J’attendrai...

op de camping in Rome toen mijn zus een vrijer had
hij trakteert cola en frisco, en ik die haar in de gaten had
staat zij daar ineens als een champetter – oei, mijn moeder

we hadden niet altijd een warme band
als kind voelde ik me geborgen aan jouw hand: J’attendrai...
toujours ga ik met jou mee, J’attendrai...

het is vijf in de morgen, ik slaap op de bank – plots gaat de telefoon
de stem van mijn vader: “Je ma is dood”

daar in die kelder, ik neem je hand – iedereen staat te wenen
ik voel, koud is je hand, ik weet niet wat ik voel

jaren gaan voorbij, eeuwig rolt de zee
ze lijkt ruw zo woest, ze voelt met iedereen mee: J’attendrai...
toujours ga ik met jou mee, J’attendrai...
Moederwacht